Geschil uitvoering ots (art. 1:262b BW) |
De kinderrechter zal het verzoek van de vader afwijzen. Hierna zal de kinderrechter uitleggen waarom zij deze beslissing neemt.
Uit de mail van de GI van januari 2022 volgt dat dat de GI heeft toegezegd dat er een extra gezinsvoogd zal worden toegewezen, zodra er iemand beschikbaar is. De GI is aan deze toezegging gebonden. Op dit moment heeft de GI echter niet de capaciteit om een extra gezinsvoogd toe te wijzen, zodat de voorwaarde waaronder deze is gedaan niet is vervuld. Het is algemeen bekend dat er helaas een tekort is aan gezinsvoogden, waardoor sommige gezinnen enige tijd moeten wachten op een gezinsvoogd. In zo’n situatie is het begrijpelijk dat de GI geen twee gezinsvoogden aan één gezin toevoegt, waardoor het tekort nog verder oploopt. De rechtbank gaat niet over de inzet van mensen of middelen van GI. Hierin maakt de GI een eigen afweging in prioriteit en zet gezinsvoogden in daar waar zij het hardst nodig zijn.
Bij de ondertoezichtstelling van [minderjarige 2 (voornaam)] en [minderjarige 1 (voornaam)] is er al een gezinsvoogd aangesteld. Ter zitting heeft de vader verteld dat de verhouding tussen de gezinsvoogd en hemzelf slecht is en hij wijt dat aan de gezinsvoogd. De rechtbank acht het echter niet onaannemelijk dat de vader hier een aanzienlijk aandeel in heeft. Er ligt dus een mooie uitdaging voor de vader om deze verhouding te verbeteren.Het voornaamste doel van de ondertoezichtstelling van [minderjarige 1 (voornaam)] en [minderjarige 2 (voornaam)] is om het contact tussen hen en de vader te herstellen. De kinderen volharden echter in hun weerstand tegen het contact met de vader. Deze opstelling van [minderjarige 1 (voornaam)] en [minderjarige 2 (voornaam)] heeft te maken met hetgeen zij in het verleden met de
vader hebben meegemaakt. De gezinsvoogd staat daardoor voor een moeilijke opgave. Voor het behalen van het doel van de ondertoezichtstelling mag de gezinsvoogd een eigen beleid kiezen waarin ze belang van de kinderen vooropstelt.