GI mag bij alleen OTS toch omgang bepalen, vindt deze rechter
Jurisprudentie i.v.m. ondertoezichtstelling >>

De GI krijgt van de rechtbank de ruimte om binnen een bepaalde bandbreedte de zorgregeling vorm te geven:

Rechtbank Noord-Holland: arrest Hoge Raad 14 december 2018 (ECLI:NL:HR:2018:2321) moet niet zo stringent moet worden uitgelegd dat de GI voor iedere (beperkte) wijziging van de zorgregeling de gang naar de rechter moet maken. Rechtbank gaat ervan uit dat de Hoge Raad het "“ ook gelet op de noodzaak van de GI om haar taken te kunnen vervullen met mogelijk wisselende behoeften en belangen van minderjarigen "“ aanvaardbaar acht als de rechter de GI een beperkte bandbreedte aangeeft waarbinnen de GI naar haar inzicht de zorgregeling mag vormgeven.

Rechtbank verklaart vervolgens de zorgregeling in het ouderschapsplan vervallen en bepaalt dat de vormgeving en uitvoering van de zorgregeling wordt overgelaten aan het beleid van de GI ter verwezenlijking van de doelen waaraan in het kader van de ondertoezichtstelling van de minderjarigen dient te worden gewerkt, in die zin dat de GI de bevoegdheid heeft om tussen de minderjarigen en de vader een zorgregeling vast te stellen variërend van eenmaal per twee weken één uur begeleide omgang tot wekelijks vier uur onbegeleide omgang;