GI wil verlenging OTS, rechter wijst niet toe |
De GI heeft verzocht de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2] te verlengen voor de duur van één jaar.
De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. De moeder zet zich positief in. Zij is gemotiveerd om samen met het Leger des Heils te werken aan haar doelen. De moeder weet goed wat zij wil en wat zij nodig heeft, maar het lukt haar niet altijd om dit zelfstandig uit te voeren. De moeder kan wantrouwend zijn naar de hulpverlening en vindt het lastig om hulpverlening te accepteren. De moeder heeft pas sinds kort een nieuwe begeleider. Het is belangrijk om de komende periode te monitoren of de moeder de positieve stappen blijft voortzetten. De GI kan de moeder helpen bij het vinden van een woning en zorgen dat de situatie stabiel blijft.
De moeder is het niet eens met het verzoek. De moeder heeft zelfstandig doelen opgesteld en aan haar traject gewerkt. Er is sprake van een vooruitgang. De moeder ziet in welke fouten zij heeft gemaakt. De moeder wil laten zien dat zij een verantwoordelijke moeder is. De GI is pas laat gestart met de uitvoering van de ondertoezichtstelling. De moeder heeft alle doelen van de GI behaald, behalve de doelen met de vader niet. De moeder gunt de kinderen een emotionele band met hun vader. De vader weigerde een omgangsregeling te ondertekenen. De moeder heeft binnenkort een bezichtiging bij een woning.
Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting blijkt niet dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek. Er waren destijds ernstige zorgen over de spanningen tussen de ouders. De kinderen zijn getuige geweest van een geweldsincident tussen de ouders in het ziekenhuis. Er zijn op dit moment echter geen zorgen meer over de huidige opvoedsituatie van de kinderen bij de moeder. De ouders zijn uit elkaar gegaan. De moeder woont bij ‘The Village’ van het Leger des Heils. Ook ontwikkelen de kinderen zich positief.
De afgelopen periode heeft de moeder verder hard gewerkt aan de doelen. Zij volgt een traject bij de gemeente om werkervaring op te doen. Ook is zij met behulp van het Leger des Heils op zoek naar een eigen woning. De moeder heeft laten zien dat zij het belang van de kinderen voorop kan stellen en zelf hulpverlening kan inzetten. Ook is het niet aan de moeder te wijten dat het doel over de omgang met de vader nog niet is behaald. De kinderrechter is van oordeel dat de moeder inmiddels voldoende in staat moet worden geacht de hulpverlening zelfstandig te organiseren, waardoor een verlenging van de ondertoezichtstelling niet meer noodzakelijk is. De kinderrechter wijst het verzoek van de GI daarom af, waardoor de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2] eindigt op 9 september 2020.